Fiona liep langs een stel scherpe rotsen. Ze wou niet meer leven, en duwde zichzelf tegen een rots aan. Haar nek begon te bloeden, maar Fiona trok zich er niks van aan. Na een aantal keer duwen was Fiona's nek rood. Ze liep naar de afgrond, en wist niet of ze zou springen.

Ranyo kwam aanvliegen. Hij landde achter Fiona, en keek naar haar. "Gaat het wel?" vroeg Ranyo.

Fiona voelde tranen over haar wangen glijden. "Nee" zei ze zacht, en keek naar de afgrond.

"Je gaat toch niet..." begon Ranyo. Hij kwam dichterbij, en slikte. "...springen?"

"Niet doen, Fiona!" Akina kwam aanlopen. Ze had nooit gedacht dat Fiona zoiets zou doen. "Je bent teveel waard voor mij, en Claw..."

Fiona voelde meer tranen. "Dat weet ik, Akina" zei ze zacht, en zette een stap van de afgrond.

"FIONA!" gilde Danger. Met een grote sprong belandde hij voor Fiona. "Niet doen! Ook al haat je jezelf en mij, het is het niet waard om te springen!" zei Danger.