(Ik heb even liever geen DarkSide leden meer; die zijn in dit topic verboden ) (Alle andere schurken ook xD)

Shadow strompelde door de stad. Ze keek rond of ze ergens iets zag wat kon helpen tegen de vloek, maar alles wat ze zag was nutteloze troep. Ze voelde zich bij elke stap zwakker worden en wist niet hoe lang ze het nog kon volhouden. Midden op de straat begon ze te kokhalzen. Dat had niet veel effect, omdat haar maaginhoud al in een steegje lag.

Tora kwam aanrennen. Toen ze Shadow zag, schrok ze. ''Shadow!'' riep ze uit, en ze rende naar haar toe. ''Gaat het?'' vroeg ze. De vraag was retorisch, dus een antwoord verwachtte ze niet. Ze keek Shadow aan. ''Weet je iets wat hiertegen helpt? Dan.. Dan zoek ik het wel,'' slikte ze.

"N-nee..." zei Shadow, waarna ze keihard hoestte. "Ik wou dat ik het wist." Shadow moest bijna huilen aan de gedachte dat het over kon zijn. Nog nooit had ze het opgegeven, en dat deed ze nu dus ook niet. "Misschien... Misschien naar het pokecenter." Zei Shadow, redelijk rustig voor iemand die vervloekt was.

Tora knikte, ze ging even recht staan, en keek naar Shadow, ''Oke,'' slikte ze, en ze keek in de richting van het pokémon center. ''Kom je mee?'' vroeg ze zacht, en ze keek naar Shadow. Ze gaf haar een klein duwtje, om op gang te komen (), en zuchtte.

Shadow steunde een beetje op Tora. "Bedankt." zei ze, terwijl ze samen met Tora naar het pokécenter liep.
Vlak voor de deur zakte Shadow weer in elkaar. "Pijn..." mompelde ze, waarna ze weer een hoestbui kreeg. Ze voelde langzaam haar energie weggaan.

''Shadow, kom mee,'' zuchtte ze, en ze ondersteunde Shadow, en liep zo het pokécenter in. Degene die hier werkte, keek hen geschrokken aan. Tora keek naar Shadow, en zuchtte. ''Shadow, je zult hun moeten vertellen wat er is, anders kunnen ze je denk ik niet helpen,'' zei ze.

'Hoe moet ik dat doen? Het zijn mensen, die verstaan me niet!" zei Shadow. Ze werd ineens heel duizelig, en ging zitten waar ze net stond. Ze zuster zag dat het niet goed ging, en liep naar haar toe. Ze probeerde Shadow op te tillen, maar dat was zonder succes. De zuster riep haar Chansey die meteen kwamen om te helpen. "Ik zie je zo... Hopelijk." mompelde Shadow naar Tora, waarna ze werd meegenomen naar een vreemde kamer met allerlei felle lichten, en apparaatjes.

Tora knikte even naar Shadow, en plofte neer naast een of andere trainer. ''Wat moet je?'' gromde ze droog naar de Trainer. De trainer verstond natuurlijk alleen; 'Rai rai?', en grinnikte. Ze gaf hem een klap met haar staart, en ging chagrijnig op een stoel zitten, waar niemand naast haar zat. Zo wachtte ze op Shadow.

Shadow kreeg allerlei vreemde noppen op haar lichaam vast. Eentje zat op een vervelend plekje, dus maakte Shadow hem los. "Hé! Die moet daar blijven!" zei een Chansey, waarna die hem weer vastmaakte. Shadow trok hem weer los, en keek nogal evil naar de Chansey, die meteen bang wegkroop.
Na een paar minuutjes waren de onderzoeken klaar, en kreeg Shadow een medicijn. "Ik neem aan dat je Trainer het wel betaald?" zei de zuster. "Dom mens, ziet je niet dat ik wild ben?" zei Shadow, al had de zuster waarschijnlijk alleen maar "Rai, raichu rai?" gehoord. Shadow liep rustig naar Tora toe, terwijl ze het etiket las.

''En?'' vroeg Tora droog, die stond te ruzieën met de trainer van net. De trainer gooide een pokéball in de lucht, waar een golem uitkwam. ''Oh god, kom mee!'' riep ze, en ze sleurde Shadow mee naar buiten, en verstopte zich in het steegje naast het pokécenter. ''Oke, vertel,'' zei ze droog tegen Shadow.

"Wat moet ik vertellen?" zei Shadow, die het deksel van het potje af had gehaald, en nu naar de inhoud keek. "Er werd eest een onderzoek gedaan, en toen kreeg ik een spuit op een plekje waar jij niks over hoeft te weten. En toen voelde ik me beter." legde Shadow dom uit. "En nou moet ik deze pilletjes innemen, maar ik snap de tekst op het etiket niet. Kan jij mensentaal lezen?" Shadow hield het potje voor Tora's neus.

Tora knikte, ''Dûh, ik ben opgegroeid bij hun.'' zei ze droog. ''Medicijn. Blablabla,'' las ze voor, en ze keek Shadow dom aan, ''Ik begrijp het niet. Het is engels, en niet nederlands,'' zei ze chagrijnig. ''Neem een pil, en dan zien we wel.''

"Oh, oke." zei Shadow dom waarna ze een pil uit het potje pakte. De pil was bijna net zo groot als een hele grote pil. "Moet het nou echt?" zei Shadow, die met een zuur gezicht naar de mega-pil keek. Met heel veel moeite duwde ze de pil in haar mond. "Vwetvew!" riep ze. De pil smaakte heel vies. Ze deed haar best en uiteindelijk lukte het haar de pil door te slikken.

''Wat is vwetvew?'' vroeg Tora dom aan Shadow, en ze hief een wenkbrauw op. Rustig keek ze naar het potje met de pillen. ''Als ik het goed zie, moet je elke keer als je last krijgt een pil nemen.'' zei ze droog, en ze grijnsde.

"Getver." Antwoordde Shadow. "Dat valt nog mee..." Shadow wou grijnzen, maar haar gezicht was helemaal verfrommeld van de vieze smaak. Shadow ging rustig op haar kont zitten. "Ik denk dat ik beter kan onderduiken..." zuchtte ze.

''Hoezo moet je onderduiken?'' vroeg Tora met een moeilijk gezicht. Ze wist eigenlijk nog steeds niet wat er nou precies met Shadow aan de hand was, en wist ook niet waarom de DS bij haar was toen, maar, de DS had Thunder ook aangevallen zonder reden, alleen was zij er toen ook tussengesprongen. Rustig bleef ze Shadow aankijken. ''Die umbreon, dusknoir en sableyes gaan eraan..'' gromde ze fel.

Shadow zuchtte. Ze had wel, maar ook weer geen zin om het helemaal uit te leggen. 'Wat bezielde me in hemelsnaam...?" zei ze tegen zichzelf. "Tora, het is allemaal mijn schuld. Jij hoeft je niet schuldig te voelen ofzo. Ik wil niet dat jij onnodig sterft, of dat er iets anders ergs met je gebeurd." zuchtte ze. "Ik wou Blitzy redden, en nu is hij ineens verdwenen. Het was allemaal voor niks..." ze staarde voor zich uit, alsof daar iets interesants te zien was.

Tora keek Shadow aan, ''Shadow, ik zou altijd helpen met hen verslaan, maar,'' ze zuchtte, ''Ze hebben mijn zusje ooit ontvoerd..'' ze gromde even, ''Dus is het persoonlijk.'' zei ze, waarna ze Shadow aan keek. ''Shadow, als ik hun nog een keer zie zullen ze boeten, wanneer ik ze ook zie,'' gromde ze zacht, en ze zuchtte, ''Blitzy doet vaag, ja, maarja'' zuchtte ze toen, terwijl ze naar de grond keek. Haar wonden voelde ze bijna niet meer, maar ze waren nog steeds zichtbaar. Ja, het gedoe met haar ouders had haar wel krachtiger gemaakt; het gevecht met de moordenaars was voor haar kracht, en helemaal heen en terug gaan had haar conditie beter gemaakt. Ze grijnsde, en keek Shadow weer aan, ''Geloof me, ze zullen sterven,'' zei ze toen droog.

Shadow keek Tora aan. "Oke, we hebben dus allebei een soort reden om te vechten tegen hun..." zei ze droog. "Maar ze zijn wel met meer..." Shadow dacht even na, en kreeg toen een idee. "Misschien kunnen we een paar pokemon die we kennen bij elkaar schrapen, en dan, net als wat de DarkSide doet, een groep vormen. Ik sta eigenlijk mijn leven lang al alleen, tot ik hier kwam. Hier respecteerden ze me, zelfs al was ik anders. En vrienden blijven altijd bij elkaar, dacht ik." ze grijnsde even dom.

Tora keek Shadow rustig aan, ''Shadow, de Dark-Siders zijn niet supersterk. We hebben niet ál teveel man nodig om tegen hun te kunnen, vorige keer was de overwinning aan onze, en toen deden er nieteens zoveel mee..'' grinnikte ze, bij de gedachte aan de redding van Thunder, ''Alhoewel iedereen uitgeschakeld was toen ik binnenkwam..'' mompelde ze droog.

"Weetje Tora, ik hou niet echt van vechten." gaf Shadow toe. "Misschien zijn ze zwak, maar ze kunnen ook best slim zijn. Alhoewel die umbreon niet zo slim was..." ze grinnikte bij de gedachte aan de weg rennende Umbreon, die makkelijk Shadow had kunnen verslaan, omdat Shadow niet kon aanvallen. "En wie weet hoeveel er steeds bij komen. Wij hebben geen idee van het aantal leden." Shadow keek naar de lucht. Ze kon sowiso drie pokemon bedenken die vast de DarkSide graag een lesje leerden.

Tora keek Shadow droog aan, ''Ik vecht redelijk veel. Nog nieteens een week terug heb ik een aantal pokémon gedood,'' gromde ze, ''Moordenaars waren het, ze hadden mijn familie uitgeroeid, dus roei ik hen uit. Hetzelfde gaat gebeuren met de Umbreon, Dusknoir en sableye's.'' zei ze toen, en ze zuchtte. Ja, ze zouden eraan gaan, zeker.

Oppeens kwam achi het topic binnen hij iep rustig lang Tora en Shadow omdat hij ze niet zag. Hij keek even naar het groote pokemoncenter. *Kuch, Kuch..*Hoorde je hem oppeens zuster Joy kwam naar buiten en nam hem mee even later kwam hij terug met een zak pokemonvoer. "Ze trappen er altijd in."Zei hij dom en hij wou weer weglopen tot hij Shadow en Tora zag.

"Ik wil je niet tegenspreken hoor, maar ben jij dan ook niet een soort moordenaar?" Shadow grinnikte even dom. Ze keek Tora dom aan. Ze verwachtte eigenlijk geen antwoord, maar dat maakte haar niet uit. "Weetje, ik voel me al een stuk beter." Besloot ze te zeggen, waarna ze opstond. Voorzichtig liet ze vonkjes uit haar wangen komen. "En het lijkt erop dat ik binnenkort weer kan aanvallen." zei ze blij.
Ineens zag ze Achi. "Kachelmans!" riep ze, en ze vloog naar hem toe om hem een knuffel te geven. Ze kneep Achi bijna fijn

''Shadow, ik dood hen liever dan dat zij nog mee..'' maar, voor ze haar zin af kon maken rende Shadow naar de Buizel toe, en knuffelde deze. Verbaasd hief Tora haar wenkbrauwen op, ''Zo,'' zei ze droog, en ze grijnsde. Ze deed even een bliksemstraal op een lantaarnpaal, waarvan het glas 'explodeerde'. Dom keek ze er naar, maar al snel keek ze weer naar Shadow, nog steeds verbaasd.