Shikai stond op een heuvel te kijken naar de felle zon die bijna onder ging. Hij had verdriet. Hij had verdriet voor zijn ouders, die vermoord zijn door de DSers. Hij zong iets wat zijn moeder altijd zong, van toen hij klein was.
Ga maar slapen,
begin maar met gapen,
ik tel wel de schapen,
jij wordt beschermd door de apen,
Slaap zacht,
met je oogjes dicht midden in de nacht,
ontsnap nooit door een schacht,
wees zoet en slaap vannacht,
Ga naar de rivier,
de vijver of de
hele grote sloot,
geen enkele boot.
Hij snoof weer, en keek naar zonsondergang, het was heel mooi om te zien. Tenminste, dat vond hij zelf.
Maar was er iemand om hem op te vrolijken, iemand die hem kan laten lachen, grapjes mee uithalen,
misschien waren die er niet voor Shikai, hij had alleen een vriend, die 9 jaar jonger was, het was Hydruy
Hij moest huilen van de momenten die hij deelde met zijn vrienden in Totovillage, of de momenten
samen met Hydruy, zijn moeder of zijn vader. Zijn famillie en de Pokémons..