Aiya was net weer terug in dit gebied en was de weg kwijt geraakt. Haar tong hing uit haar bekje die als een stuk leer aanvoelde.
"Waar ben ik in hemelsnaam?" vroeg ze aan niemand. Ze hoorde voetstappen achter haar. Voordat ze zich kon omdraaien kreeg ze een stomp in haar gezicht. Het werd zwart voor haar ogen. Welke pokémon zou sterk genoeg zijn om haar met één klap uit te schakelen?
Slap viel ze neer.

Shadow draaide zich om. 'Ow sorry!" riep ze geschrokken. Ze was een beetje onhandig geweest, en had Aiya geraakt. "Gaat het?" vroeg ze bezorgd.

Kreunend kwam ze overeind en keek Shadow aan "euhmm... nouja, ligt eraan hoe je het bekijkt" zei ze met een droge mond en zuchtte. "het geeft niks"vervolde ze daarna.

Shadw bleef bezorgd kijken. "Weet je het zeker?" vroeg ze voor de zekerheid.

"Euhmm... water zou geen kwaad kunnen"zei ze verlegen, hoe kon ze nou weer de weg kwijt raken? niet dat ze dat niet verwacht had., maar het was gewoon zó stom van haar. Zuchtend bracht ze eruit "maar ik red me wel, tenminste als je me zegt hoe ik weer bij een meertje kom of zo, iets met water".

Shadow keek om zich heen, maar zag alleen maar zand. "Misschien weet ik wel een plek, maar het is een eindje lopen..." zei ze, zonder Aiya aan te kijken.

"Euhmmm...oké, alles is beter dan hier blijven te staan"zei Aiya en liep naar een heuvel, toen ze erop stond had ze een beter overzicht en keek rond, in de verte werd het landschap platter, en helemaal aan de horizon was wat groen te zien. "We moeten die kant op"zei Aiya terwijl ze na een korte stilte ernatoe wees.

Langzaam kwam Levy uit de struiken. Hij keek vaag naar de pikachu. "Hoi?" Levy wist niet wie die pikachu was.

"Euhmm...hoi"zei ze een beetje vaag, hoe kwam dat struikje daar nou?
"Ik ben Aiya"zei ze terwijl ze van de heuvel afliep.

"En ik ben Levy!" Levy keek naar de pikachu. "Ik heb jou nog nooit gezien, waar kom je vandaan?" Vroeg Levy.

Aiya glimlachte en zei "das een lang verhaal, maar laten we zeggen dat ik hiervandaan kom ".
Ze glimlachte en zei "aangenaam trouwens".
Toen liep ze een stukje verder en zei "komen jullie?".